Avera Mengistu en Tal Shoham. Foto IDF
De gijzelaars Avera Mengistu en Tal Shoham werden vrijgelaten in Rafah in de zuidelijke Gazastrook, staken de grens met Israël over en arriveerden zaterdag bij het opvangpunt om herenigd te worden met hun families, schrijven de Israelische kranten.
Shoham moest een toespraak houden op het geïmproviseerde podium van Hamas voordat de twee werden overgedragen aan het Rode Kruis.
Shoham zag er bleek en mager uit, terwijl Mengistu er relatief stabiel uitzag en nog steeds ongeveer hetzelfde lichaamsgewicht had als toen hij werd ontvoerd.
Na de aankondiging dat beiden veilig het Israëlische grondgebied waren binnengekomen, zei de familie Shoham: "De families Shoham, Korngold en Haran zijn ontroerd om Tal weer bij ons te verwelkomen. Dit is een onvergetelijk moment waarop alle emoties snel door elkaar lopen. Onze Tal is bij ons."
"We danken alle mensen van Israël die ons bijstonden tijdens al die lange dagen van pijn en lijden. Tijdens deze dagen hebben we privacy nodig voor Tal, Adi en de kinderen. Op dit cruciale moment in ons leven is ons enige verzoek om dit venster van mogelijkheden te grijpen om een deal te sluiten die vaders terugbrengt naar hun kinderen - kinderen hebben hun vaders nodig - en alle gijzelaars terug naar huis brengt: de levenden voor revalidatie en de overledenen voor eeuwige rust. Er is een venster van mogelijkheden; we mogen het niet missen."
De familie Mengistu voegde toe: "Onze familie heeft tien jaar en vijf maanden onvoorstelbaar lijden doorstaan. Gedurende deze tijd zijn er voortdurende pogingen gedaan om zijn terugkeer veilig te stellen, met gebeden en smeekbeden, sommige stil, die tot vandaag onbeantwoord bleven. In deze momenten komen we bijeen in angstige afwachting van de terugkeer van onze geliefde zoon, broer en oom Avera. We vragen dat deze momenten worden gerespecteerd en dat ons de vrede en rust wordt verleend die we zo hard nodig hebben."
Hamas heeft ook een derde locatie toegevoegd, Gaza-Stad, waar ze Hisham al-Sayed zullen vrijlaten, aldus een veiligheidsbron. Hamas heeft geen enkele ceremoniële gebeurtenis gepland voor al-Sayed, "uit respect voor zijn familie en respect voor moslim-Israëli's", aldus Gazaanse berichten. Al-Sayed werd, net als Mengitsu, al lang vóór 7 oktober 2023 gevangen gehouden, aangezien de Bedoeïen-Israëlische gijzelaar bijna tien jaar lang in de Palestijnse exclave werd vastgehouden.
De vrijlating van de andere drie gijzelaars zal ook plaatsvinden vanaf een andere locatie in het vluchtelingenkamp Nuseirat in het centrum van de Strip. De andere gijzelaars zijn Eliya Cohen, Omer Wenkert en Omer Shem Tov. Voertuigen van het Rode Kruis arriveerden ook bij het vluchtelingenkamp om hen op te halen.
Het is de eerste keer in de deal dat gijzelaars in het vluchtelingenkamp en in Rafah worden vrijgelaten.
Voertuigen van het Rode Kruis arriveerden zaterdagmorgen in Rafah om Mengitsu en Shoham op te halen, waarna ze werden overgebracht naar Israëlische troepen en vervolgens naar de Re'm-basis in Israël, waar ze herenigd zullen worden met hun families en vervolgens overgebracht zullen worden voor medische behandeling in het Tel Aviv Sourasky Medical Center of het Rabin Medical Center in Petah Tikva. De gijzelaars zullen een eerste medische beoordeling ondergaan voordat ze worden opgenomen in de ziekenhuizen.
Net als bij eerdere vrijlatingen van gijzelaars, zette de terroristische organisatie Hamas een propagandaceremonie op door een podium in Rafah op te zetten dat versierd was met provocerende afbeeldingen en bijschriften. Het bijschrift van zaterdagmorgen luidt: "Het land onderscheidt zijn mensen van de figuren met een dubbele nationaliteit."
Volgens Ynet werden Hamas-terroristen gefilmd terwijl ze in de stromende regen op een rij stonden, gewapend met lange geweren.
Tegelijkertijd met de vrijlating van de zes gijzelaars uit Gaza arriveerde een konvooi van het Rode Kruis bij de grensovergang Kerem Shalom om Palestijnse veiligheidsgevangenen op te halen die in ruil daarvoor uit Israëlische gevangenissen zouden worden vrijgelaten, zo meldde Walla.
Comments