Het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond: “Palestijnse volk lijdt onder eigen leiders, toen én nu”

Het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond –een vereniging binnen de Protestantse Kerk- heeft zich vrijdag 19 mei in een persbericht gedistantieerd van de visie van de eigen kerkleiding op de “zogenoemde Nakba”, de vlucht en verdrijving van honderdduizenden Palestijnen tijdens de Arabische aanvalsoorlog op de in mei 1948 uitgeroepen Joodse staat.

“Wij ervaren het als een pijnlijke vertekening van de historische realiteit dat de kerk voorbijgaat aan het feit dat het Palestijnse volk toen en nu voor alles lijdt onder zijn eigen leiders.”

De ondertekenaars van het persbericht van de Gereformeerde Bond –voorzitter ds. J.A.W. Verhoeven en algemeen secretaris P.J. Vergunst- hebben “met gevoelens van vervreemding” kennisgenomen van de positiebepaling van de Protestantse Kerk inzake de Nakba. Waarom? “Juist waar we met Israël stilstaan bij de wonderlijke terugkeer van het Joodse volk naar het land van de belofte, suggereert de kerk de koppeling tussen dit teken van Gods trouw over Zijn volk en de Nakba.”

Onder expliciete erkenning van de complexiteit van de situatie in Israël geeft de Gereformeerde Bond aan “de voorlichting van de kerk als eenzijdig” te ervaren en “daarmee pijnlijk voor de Joodse gemeenschap”. Verbazingwekkend wordt genoemd dat de Protestantse Kerk zijn nieuwsbrief over de Nakba en Palestijnse christenen afsluit met Zacharia 2:8, “waar de profeet spreekt over Gods oogappel”.

Voor de Gereformeerde Bond mag de oproep van de kerk recht te doen aan alle volken “echter niet in mindering komen van de belijdenis dat de kerk op een unieke manier verbonden is aan Israël, omdat ze deelt in het verbond dat Israëls God maakte met Abraham (Genesis 12, 1-3). Dat maakt christenen uit de volken –in Nederland, in de Palestijnse gebieden, en waar dan ook- bescheiden.”

In een reactie op het persbericht van de Gereformeerde Bond zegt voorzitter dr. P.J. van Midden van het Overlegorgaan Joden en Christenen (OJEC) dat het schrijven hem “uit het hart is gegrepen”. Hij voegt daar in het Reformatorisch Dagblad (19 mei) aan toe: “De Rooms-Katholieke Kerk heeft een mooie brief geschreven met een officiële gelukwens aan de Joodse gemeenschap in verband met het 75-jarig bestaan van de staat Israël. Heel correct. Even later kwam er een brief van de Protestantse Kerk. Die bevat ook een felicitatie, maar heeft veel meer weg van een soort strafles van de meester, waarbij onder meer allerlei vanzelfsprekendheden over de Nakba voorbijkomen. De Joodse gemeenschap heeft er de buik van vol om verantwoordelijk te worden gehouden voor wat er in Israël gebeurt. Voor zover het zich nu laat aanzien, staat de relatie tussen de PKN en de Joodse gemeenschap op het spel.”

Woordvoerder Hugo Bulk van de Protestantse Kerk acht “het verder niet verstandig om de discussie over zo’n gevoelig onderwerp in de media te voeren”, bericht het RD.

Bas Belder, historicus