Screenshsot YouTube
“Als ik nu niet wist dat Israël er is, dan zou ik in complete paniek raken, geloof ik.” De zielepijn van een Duitse Jodin na 7 oktober. Zij deelt die met vele volksgenoten.
Voor de Joodse gemeenschap in Duitsland betekent de moorddadige overval van Hamas op weerloze kibboetsiem aan de grens met Gaza een diepe breuklijn. “Het ging nog nooit zo slecht met me”, bekend Sigal Rachel Rosenfeld (Frankfurt, 1970). De alledaagse levensvreugde is weg voor de energieke restauranthoudster. “Je voelt je niet meer veilig. Zo vergaat het mij. Ik heb de hele tijd angst. Werkelijk.”
Intussen duikt Sigal bepaald niet weg. Samen met haar echtgenoot en zakenpartner, de Israëli Nir Rosenfeld, staat zij de Frankfurter Allgemeine met open vizier te woord. “Nu merk ik opeens dat er veel mensen zijn, die ons werkelijk haten”, merkt Nir op. “Deze echte bedreiging voel ik pas nu. Je voelt je heel alleen, vult Sigal aan.
In de dagelijkse praktijk betekent dat voor de Rosenfelds anonieme dreigtelefoontjes (“Kookt u met gas?” of “Levert u ook naar Palestina?”), geen oorringen meer met Hebreeuwse lettertekens voor “leven” bij Sigal en een Italiaanse kapper in plaats van de gebruikelijke Arabische voor Nir. Bovendien hebben de Rosenfelds hun volwassen dochters dringend verzocht bij het reserveren van een taxi een schuilnaam te gebruiken.
De bittere pil voor de zakenpartners uit Frankfurt –de veganisten betitelen zichzelf als ware activisten- moesten zij uit hun linkse milieu slikken. Daar heerste zwijgen tegenover de weerzinwekkende terreurdaden van Hamas jegens hun volksgenoten, nog afgezien van alle kwetsende uitingen en commentaren via de sociale media. Nir zegt openlijk deze Jodenhaat van links bedreigender te achten dan het antisemitisme uit Arabisch-moslimse hoek.
De Duitse krant raadpleegde ook de presidente van de Joodse Studentenunie in Duitsland, de 25-jarige Hanna Veiler. Heel eerlijk zegt ze dat de eerste gedachte bij velen op 7 oktober de herinnering aan de Shoah was. Een herinnering, geen vergelijking, haast zij zich eraan toe te voegen.
Hanna legt deze primaire reactie uit: “Maar het is eenvoudig zo." Lieden die van huis tot huis gaan en hele families doodschieten. Mensen, die zich onder lijken verstoppen om te overleven. "Zulke geschiedenis kent men uit de Shoa.”
Haarscherp legt Hanna Veiler de verbinding tussen de Joodse wereld na 7 oktober en de Shoa: “Zelfs in je eigen huis niet veilig te zijn, is het Joodse trauma, de Joodse angst bij uitstek. Dat heeft iets met de historie van vervolgingen te maken, met pogroms – en uiteindelijk met de Holocaust.”
Heel verhelderend is ook de inbreng van de psychologe Marina Chernivsky, expert voor de omgang met antisemitisch geweld en discriminatie. De overval van Hamas wordt “ook hier” als “zwaarste traumatisering” van de Joodse bevolking sinds de stichting van de staat Israël beleefd, beklemtoont Chernivsky. De enorme stijging in aanvragen voor consultatie sinds 7 oktober spreekt boekdelen.
De psychologe beschouwt het als een collectief trauma, het extremistische geweld van Hamas raakt de gehele Joodse gemeenschap, waar dan ook. De boodschap luidt immers aan alle Joden: “Jullie zijn nergens veilig!”
Voeg daarbij nog eens de actuele golf aan publieke manifestaties van vijandigheid jegens de Joden in Duitsland/Europa. Die, let wel, geflankeerd wordt door ervaringen van sociale kilte en ignorantie, observeert Chernivsky.
In zo’n “ultimatieve, alomvattende antisemitische grondhouding die zich niet alleen uitbreidt, maar consolideert en tot narratief wordt voor een hele generatie”, komen Duitse Joden niet aan rouwverwerking toe, stelt ze. Sterker nog, Joden voelen zich moederziel alleen. “En dat geeft een historische ervaring van verraad.”
Hoe moeten haar in de Holocaust vermoorde oma en haar vroeg overleden vader (kindoverlevende Holocaust) zich hebben gevoeld, zo vraagt Sigal Rosenfeld zich de laatste weken vaak af. “Als wij ons nu al zo voelen?”
“We zijn nu op het punt gekomen, waar wij onze identiteit weer moeten verbergen zoals onze ouders en grootouders”, constateert eveneens de Joodse studenten voorzitster Hanna Veiler. En dat benoemt zij, typerend genoeg, als “verdere hertraumatisering".
In november organiseerde de Duitse bondspresident Steinmeier een rondetafelgesprek over de gevolgen van de oorlog in het Midden-Oosten voor Duitse scholen. Bij die gelegenheid vertolkte een scholiere namens het Joodse gymnasium in Berlijn op treffende wijze de zielenpijn van haar gemeenschap: “Er is een wond opengereten, waarvan we niet wisten, dat zij nog altijd zo aanwezig is.”
Om diep over na te denken in het continent van de Holocaust, om daarnaar ook daadwerkelijk te handelen jegens de Joodse diaspora in ons midden.
Bas Belder, historicus
Comments