“Op geen enkele wijze werd de oorlog in onze gemeenten binnengedragen”, zegt Josef Schuster, voorzitter van de Centrale Raad van Joden in Duitsland, een jaar na de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne. “Wij staan gesloten solidair met Oekraïne.”
In het Duits-Joodse weekblad Jüdische Allgemeine verklaart Schuster dat een miljoen mensen vanwege de oorlog in het oosten een toevlucht hebben gezocht in Duitsland. Deze “lange tijd ondenkbare oorlog” heeft het leven van de mensen in Oekraïne dramatisch veranderd, vervolgt Schuster.
Hij is tegelijkertijd trots op de prestatie van de Joodse gemeenschap: “Zonder dralen heeft zij de vluchtelingen uit Oekraïne ondersteund en vooral in de eerste maanden belangrijk bemiddelingswerk verricht voor de autoriteiten.”
De voorzitter van de Joodse gemeenschap in Duitsland beklemtoont dat “onze gedachten bij de families zijn van de slachtoffers van deze oorlog”. Veel leden van de Joodse gemeenschap hebben familie en vrienden in Oekraïne en komen daar vaak zelfs vandaan. “Anderen hebben verbindingen met Rusland en zijn sprakeloos over het optreden van het Kremlin en ontsteld wat dat voor het land betekent.”
Schuster wijst in zijn publieke stellingname een jaar na de Russische invasie in Oekraïne tegelijkertijd op het treurige feit dat “Jodinnen en Joden helemaal bovenaan staan bij hen die zondenbokken zoeken voor de problemen in het land”. Problemen die zich voordoen bij maatschappelijke spanningen tengevolge van de Russische militaire agressie jegens Oekraïne.
Bas Belder, historicus
