Uit een OESO rapport blijkt dat de Israëlische economie en arbeidsmarkt nog steeds zwak zijn door de oorlog tussen Israël en Hamas

Arbeidsbeurs "Werken in Jeruzalem is de moeite waard". Foto Jerusalem Post

Hoewel de totale economische activiteit in Israël gedeeltelijk herstelde na de oorlog tussen Israël en Hamas , bleef deze in 2024 zwak, zo blijkt uit het woensdag gepubliceerde economische onderzoek Israël 2025 van de OESO, schrijven de kranten.

De investeringen lagen eind 2024 15% lager dan vóór de oorlog, zo blijkt uit het onderzoek. Het onderzoek werd belemmerd door een tekort aan arbeidskrachten, "vooral in de bouw na de opschorting van werkvergunningen voor Palestijnen." Het onderzoek gaf ook aan dat de export nog steeds zwak was.

De economische activiteit zou moeten aantrekken wanneer de geopolitieke situatie verbetert, maar de arbeidsmarkt "zal krap blijven, aangezien het tekort aan arbeidskrachten de bouwsector blijft belasten." Het rapport schatte de BBP- groei op 3,4% in 2025 en 5,5% in 2026.

De voortdurende intensivering van de conflicten op de verschillende fronten in Israël "zou de overheidsfinanciën verder kunnen aantasten en tegelijkertijd de economische activiteit direct kunnen verminderen", benadrukt het rapport.

Uit het rapport blijkt dat de Israëlische staatsrisicopremie 50 basispunten hoger ligt dan vóór 7 oktober 2023. Ook is het begrotingssaldo van het land veranderd van een overschot in een groot tekort.

In het rapport staat ook dat 'structurele hervormingen', zoals hervormingen van het onderwijs en de arbeidsmarkt, de werkgelegenheid en de groei kunnen stimuleren.

"Veel jonge Israëli's, met name in de ultraorthodoxe en Arabische sectoren, krijgen onvolledig of van lagere kwaliteit onderwijs in kernvakken, waardoor hun latere mogelijkheden om toe te treden tot de arbeidsmarkt en hun productiviteit - en lonen - worden beperkt als ze dat wel doen", aldus het rapport.

"Het afdwingen van de voorwaarden van schoolfinanciering voor het onderwijzen van het kerncurriculum en het verzekeren van gelijke financiering per leerling voor scholen met vergelijkbare sociaaleconomische kenmerken zou de daaropvolgende arbeidsmarktprestaties verbeteren. Het afschaffen van voordelen die werk onder ultraorthodoxe mannen ontmoedigen zou ook de werkgelegenheid stimuleren."

De fiscale maatregelen die Israël zou moeten nemen om de economische gevolgen van de oorlog aan te pakken, zouden die maatregelen moeten zijn die de minste negatieve invloed op de groei hebben, aldus het rapport. Voorbeelden hiervan zijn het belasten van suikerhoudende dranken en wegwerpplastic, het afschaffen van btw-vrijstellingen en het verhogen van de CO2-belasting.

In het rapport wordt ook de potentie van kunstmatige intelligentie (AI) benadrukt om productiviteitsvoordelen te genereren. Er wordt gesteld dat Israëls "levendige AI-creatie -ecosysteem floreert dankzij de dynamische hightechsector."

Om deze sector te laten floreren, moet het land zich richten op het verbeteren van de toegang tot onderwijs in wiskunde, computerwetenschappen en natuurkunde. Ook moet het de genderkloof aanpakken door meer vrouwen aan te moedigen om in de relevante academische vakgebieden te gaan werken.

Slechts 23% van de AI-professionals is vrouw, zo blijkt uit het rapport.

Er werd ook gesteld dat Israël een flexibele benadering van AI-regulering moet hanteren om het veld te laten floreren.

Secretaris-generaal Mathias Cormann van de OESO ontmoette woensdag minister van Financiën Bezalel Smotrich voorafgaand aan de publicatie van het rapport. Smotrich reageerde op het rapport en noemde het "een bewijs van de veerkracht van de Israëlische economie en het harde werk van de afgelopen jaren."

Het rapport "stelt ons voor belangrijke uitdagingen, maar ook voor kansen voor groei en vooruitgang. We zullen blijven samenwerken met de organisatie om de stabiliteit van de economie te waarborgen en hervormingen te bevorderen die de burgers van Israël ten goede komen."