Aan de Yeshiva Universiteit in New York waarschuwt president Herzog voor toenemend antisemitisme en noemt de retoriek van de aankomend burgemeester ‘schandalig’

Foto Haim Zach / GPO

President Herzog: "Het delegitimeren van het recht van het Joodse volk op hun oude thuisland legitimeert geweld en ondermijnt de vrijheid van godsdienst. Dit is zowel anti-Joods als anti-Amerikaans.

Tijdens het 101e jaarlijkse Chanoeka-diner van Yeshiva University in New York, waar hij een eredoctoraat ontving, hield president Isaac Herzog een veelomvattende en krachtige toespraak waarin hij de wereldwijde toename van antisemitisme aankaartte en extremistische retoriek in New York City veroordeelde. De president bevestigde het belang van de Amerikaans-Joodse gemeenschap, eiste de vrijlating van de laatste overgebleven gijzelaar van Israël en bedankte president Donald J. Trump voor zijn leiderschap bij het veiligstellen van de terugkeer van gijzelaars uit Gaza en het bevorderen van een nieuwe regionale diplomatieke visie.

President Herzog prees Yeshiva University als een pijler van het Joodse leven en de Joodse visie en verklaarde: "Al meer dan een eeuw is Yeshiva University een bolwerk van Joods leiderschap, Joods gedachtegoed en Joodse trots." Hij voegde eraan toe: "De Thora en de wetenschap die voortkwamen uit de bibliotheek van Yeshiva en de Beit Midrash hebben niet alleen het Joodse collectief versterkt. Ze hebben ook de moderne beschaving verrijkt."

Met betrekking tot de groeiende golf van antisemitisme in de Verenigde Staten en wereldwijd waarschuwde president Herzog: "Hier in New York, en in heel Amerika, is de onrust verontrustend en nemen de uitdagingen voor ons volk, het Joodse volk, toe." Hij voegde eraan toe: "Institutioneel antisemitisme, Holocaust-omkering, samenzweringen links en rechts, Jodenhaat op sociale media en moreel bankroet vermomd als sociale rechtvaardigheid zijn allemaal verontrustend toegenomen." Hij merkte op: "Waar Joden ooit 'Joden' waren in Amerika, worden zionisten nu 'Zio's' genoemd. Joden zijn altijd de eersten, maar nooit de laatsten, die worden gedemoniseerd, aangevallen en 'tot de ander' gemaakt."

In een reactie op de recente gebeurtenissen in de stad zei president Herzog: "De recente ontwikkelingen in New York City hebben een waarschuwingssignaal afgegeven." Hij vervolgde: "Hier zien we de opkomst van een nieuwe burgemeester die geen enkele moeite doet om zijn minachting voor de Joodse democratische staat Israël, de enige natiestaat van het Joodse volk, te verbergen." Verwijzend naar de protesten bij een Aliyah-evenement in een synagoge in Manhattan, zei hij: "De reactie van de nieuwe burgemeester was dat hij suggereerde dat Joden die overwegen de ultieme zionistische droom van Aliyah te verwezenlijken, het internationaal recht en de heiligheid van de synagoge schenden. Deze retoriek is schandalig."

Hij benadrukte: "Terugkeren naar Zion en zich verbinden met Israël zijn al duizenden jaren hoekstenen van het Joodse geloof en de Joodse traditie", en waarschuwde: "Het delegitimeren van het recht van het Joodse volk op hun oude thuisland en hun eeuwenoude droom van Jeruzalem legitimeert geweld en ondermijnt de vrijheid van godsdienst." Hij concludeerde ondubbelzinnig: "Dit is zowel anti-Joods als anti-Amerikaans."

De president riep op tot daadkrachtig optreden tegen antisemitisme en verklaarde: "We moeten alle wettelijke middelen die we tot onze beschikking hebben – belangenbehartiging, educatie, leiderschap, maatschappelijke betrokkenheid, media, sociale netwerken – gebruiken om deze golf van haat en antisemitisme te bestrijden." Hij richtte zich rechtstreeks tot extremisten en zei: "Tegen de haters en pestkoppen, de verachtelijke influencers en gewelddadige demonstranten zeg ik: jullie zullen nooit slagen!"

Over het nationale trauma van Israël na het bloedbad van 7 oktober zei president Herzog: "Op één na zijn al onze gijzelaars thuis – en we eisen, en roepen, om de onmiddellijke vrijlating van onze overgebleven gijzelaar, onze broeder, de moedige stafsergeant Ran Gvili." Hij beschreef de immense tol die dit eiste van de Israëlische samenleving en de heldhaftigheid van zowel burgers als soldaten, en merkte op: "Michal en ik hebben nog nooit gehuild om zoveel mensen die we niet kenden", eraan toevoegend dat ze tijdens de oorlog meer dan 1500 rouw- en shivabezoeken hebben afgelegd.

De president benadrukte de cruciale rol van de Verenigde Staten na 7 oktober en verklaarde: "Vanaf de allereerste uren van 7 oktober stond Amerika vastberaden aan de zijde van Israël, met blijk van vriendschap en morele helderheid." Hij prees president Donald J. Trump voor het bevorderen van de terugkeer van gijzelaars en zei: "Sinds zijn aantreden heeft de persoonlijke betrokkenheid van president Donald J. Trump de terugkeer uit gevangenschap van al onze dierbare zusters en broeders, op één na, bevorderd."

President Herzog bracht hulde aan kapitein Omer Neutra, wiens lichaam vorige maand uit Gaza werd teruggebracht. Hij zei: "Het is zo ontroerend om Omers ouders, Orna en Ronen Neutra, vanavond hier bij ons te zien. Dit is een familie van helden!" Hij sprak ook zijn dank uit aan Miriam Adelson voor haar rol bij de terugkeer van de gijzelaars.

President Herzog bedankte president Trump voor zijn diplomatieke leiderschap en zei: "President Trump schetste zijn plan voor de Dag na de Oorlog, waarbij hij blijk gaf van enorm diplomatiek vakmanschap." Hij voegde eraan toe: "Zijn plan omvat het verdrijven van Hamas-militanten uit Gaza en het afschrikken van onze vijanden, het leggen van een basis voor hernieuwde dialoog in het Midden-Oosten – inclusief met Syrië, Libanon en Saoedi-Arabië – en het uitstippelen van een tastbaar, concreet pad naar partnerschap, samenwerking en toekomstige vrede in de hele regio."

Hij vervolgde: "Ik dank president Trump van harte voor zijn leiderschap, zijn moed en zijn standvastige steun aan Israël en zijn welzijn", en besloot met: "Ik bid dat hij erin zal slagen zijn visie voor een nieuwe horizon in het Midden-Oosten te verwezenlijken."

Aan het einde van zijn toespraak verklaarde president Herzog: "Ons volk is door de hel gegaan, en toch zijn we hier, en we zullen overwinnen." Hij voegde eraan toe: "Wij zijn een eeuwig volk, daarom weten we dat ook dit voorbij zal gaan en dat er altijd hoop zal zijn voor onze toekomst." Hij sloot af met een oproep tot collectieve verantwoordelijkheid en stelde: "Iedereen in deze zaal heeft de plicht en het voorrecht om zich in te zetten voor Am Yisrael, het volk van Israël en de staat Israël."