Sinds 7 oktober 2023, zijn 1.152 militairen gedood zegt ministerie van Defensie aan de vooravond van twee jaar oorlog

Het militaire deel van de begraafplaats Mount Herzl. Foto: Ministerie van Defensie

Aan de vooravond van de tweede verjaardag van de door Hamas geleide terroristische aanval op 7 oktober publiceerde het Ministerie van Defensie maandag bijgewerkte cijfers over het aantal slachtoffers. Daaruit bleek dat er 1.152 Israëlische militairen zijn omgekomen in de aanhoudende oorlog.

Het ministerie zei dat 42% van de doden – 487 personen – jonger waren dan 21 jaar, en 337 tussen de 22 en 30 jaar oud. In totaal waren 1.086 van de gevallen mannen en 66 vrouwen.

De oorlog, die begon op 7 oktober 2023, toen duizenden Hamas-terroristen de grens met Israël bestormden, heeft het leven gekost aan 1035 IDF-soldaten, waaronder 43 leden van civiele noodhulpteams, 100 politieagenten, negen Shin Bet-agenten en acht leden van de gevangenisdienst. Van hen waren 508 dienstplichtigen, 283 beroepsofficieren en 318 reservisten.

De afdeling Families, Herdenking en Erfgoed van het ministerie, die toezicht houdt op de diensten voor nabestaanden, meldde dat er sinds het begin van de oorlog meer dan 6500 nieuwe nabestaanden zijn toegetreden tot de Israëlische gemeenschap van nabestaanden. Hieronder vallen 1973 rouwende ouders, 351 weduwen, 885 wezen en 3481 nabestaanden.

Meer dan 200 gesneuvelde soldaten werden begraven op de Herzlberg in Jeruzalem, terwijl anderen werden begraven op 263 militaire begraafplaatsen en erevelden in het hele land.

Een klein aantal werd gerepatrieerd en in het buitenland begraven. Vijftien families werden samen met hun dierbaren begraven en 21 gesneuvelden werden herbegraven in hun geboorteplaats zodra de omstandigheden het toelieten.

Alleen al het afgelopen jaar registreerde de divisie 262 nieuwe slachtoffers en voegde meer dan 1300 familieleden toe aan haar ondersteuningsnetwerk. Ambtenaren waarschuwden voor de emotionele en logistieke tol en beschreven de huidige werklast als vergelijkbaar met twee decennia aan oorlogsslachtoffers.

Onder de slachtoffers bevinden zich 801 ongehuwden, waaronder 11 verloofden. De overheid breidde de financiële en emotionele steun niet alleen uit naar weduwen en kinderen, maar ook naar verloofde partners en gescheiden echtgenoten, en lanceerde tegelijkertijd wetgeving om de hulp aan volwassen wezen te formaliseren.

Het ministerie van Defensie zei dat het zijn sociale voorzieningen had uitgebreid, waaronder huisvesting, counseling, economische begeleiding en crisissubsidies. Het heeft ook nieuwe programma's opgezet voor jonge wezen, zwangere weduwen en nabestaanden van kleine bedrijven. Het ministerie meldde dat er 40 baby's zijn geboren uit weduwen die zwanger waren toen hun partner werd vermoord.

Arie Moalem, hoofd van de afdeling Families en Herdenkingen van het ministerie, zei: "De staat Israël draagt ​​een zware last. De geschiedenis van ons land is geschreven in het bloed van onze zonen en dochters." Hij noemde de steun aan nabestaanden een nationale missie en voegde eraan toe: "Elk gezin is een wereld op zich, en zo behandelen we ze ook."

"In ons hart dragen wij een gebed mee voor de terugkeer van de gijzelaars, genezing voor de gewonden en de veilige terugkeer van de IDF-soldaten en veiligheidstroepen die voor onze toekomst vechten", besloot hij.