top of page

'Anton' - column van Rob Fransman

  • Rob Fransman
  • 20 okt
  • 2 minuten om te lezen
ree


Tot vandaag had ik nooit van Anton van Hooff gehoord. Ik ken niet zo veel historici en al helemaal geen die verbonden zijn aan de Harry Pettit Radboud universiteit in Nijmegen. Wikipedia vertelde mij het een en ander over de man.


Tot 2008 was hij hoofddocent Oude Geschiedenis aan de Nijmeegse universiteit. Emeritus professor dus, zeer hooggeleerd. Tevens was hij volgens Wikipedia een omstreden columnist die gevreesd werd om zijn scherpe pen.


Weliswaar schreef hij voor De Gelderlander (ook al van DGP), dus die vrees zal wel beperkt zijn geweest tot de Achterhoek. Tot 2015 was hij voorzitter van de vrijdenkersvereniging De Vrije Gedachte.


Die vereniging rijkt nog steeds prijzen uit. Dit jaar dus de Vrijdenkersprijs 2025 aan Theodor Holman. Aanleiding om iets meer over van Hooff te willen weten was het bericht op GeenStijl en de Telegraaf over de ophef die over die prijsontvanger ontstond. Een aantal leden van de eerbiedwaardige vereniging, die nauwe banden heeft met het Humanistisch Verbond, vond het maar niets.


Stel je voor een prijs uitreiken aan een genocide ontkenner! Iemand die de IDF verdedigt, iemand die een bos in Israël naar zich heeft laten vernoemen.


Het blijkt dat ausgerechnet de voorstanders van de vrije meningsuiting uitsluitend hun eigen mening prijswaardig vinden Enfin, de heren vonden het maar schandalig en lieten dat graag weten.


Tijdens Theodor’s dankrede stond van Hooff met een lullig bordje om zijn nek. Ik kan de foto niet meer vinden maar er stond iets van Voorkom de Schande op. Op een gegeven moment liep hij kwaad de zaal uit. Ik hoorde dat het aanwezige publiek Holman beloonde met een enorm applaus.


Van Hooff werd naar zijn gedrag gevraagd en kwam met een opmerkelijk antwoord: “Natuurlijk juichte het voornamelijk Joodse publiek, buitenburgers van de schurkenstaat de genocide-ontkenner toe”


Antisemitischer kan het niet. Een welgemeend opgeheven rechterarm en een luid HOUZEE!! kunnen we er zelf bij denken. Toch hebben de emeritus-historicus en ik iets gemeen, namelijk dat we beiden tijdens de Duitse bezetting zijn geboren. Ik ben iets ouder, van 1940. Van Hooff is van 1943.


Toen Anton’s ouders hem verwekten waren de mijne al ondergedoken. En in het jaar dat zijn ouders zijn geboorte vierden werden de mijne al in Sobibor vermoord. Dat zette me aan het denken.


Anton, Anton, 1943, that rings a bell. Hoe was het ook alweer, wie was toen de baas in Nederland? Mussert! Die heette ook Anton! Nederlandse ouders noemden hun kind in die barre tijd toch niet snel Anton. Of Adolf. Behalve andere mensen die Adolf en Anton juist een prachtige naam vonden. Of vinden. Daar heb je er de laatste tijd weer veel van.

 
 
 

Opmerkingen


Met PayPal doneren
bottom of page