Al-Haq kantoor. Screenshot Twitter
Negen Europese landen, waaronder Nederland, veroordeelden de IDF -aanval donderdag op de kantoren van zeven Palestijnse niet-gouvernementele organisaties die het als terreurgroepen had aangewezen.
"We zijn diep bezorgd over de invallen als onderdeel van een zorgwekkende vermindering van de ruimte voor het maatschappelijk middenveld in de bezette Palestijnse gebieden', zeggen België, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Ierland, Italië, Nederland, Spanje en Zweden, die de Palestijnse organisaties financieren die door Israël zijn gesloten."
Volgens de verklaring " werd er geen substantiële informatie van Israël ontvangen die een herziening van ons beleid ten aanzien van de zes Palestijnse NGO's zou rechtvaardigen op basis van het Israëlische besluit om [hen] als 'terroristische organisaties' aan te merken.
Deze Europese naties stonden op gespannen voet met Israël over de aanwijzing in oktober van zes NGO's als terreurorganisaties, en legden uit dat Israël hen geen overtuigend bewijs heeft getoond om die bewering te staven.
Het Nederlandse 2e-Kamerlid voor het CDA, Agnes Mulder, heeft samen met Sjoerd Sjoersma van D66 vragen gesteld aan minister Hoekstra van Buitenlandse Zaken.
Zij vergeet daarbij voor het gemak de vraag over de moordenaar van de 17-jarige Rhina Scherb die op 23 augustus 2019 werd vermoord door Samer Arbid van de nu verboden Palestijnse NGO Addameer die werd gefinancierd door Nederland.
In oktober 2021 ondertekende minister van Defensie Benny Gantz een bevel waarin Addameer, Al-Haq, het Bisan Center for Research & Development, Defence for Children International-Palestine, de Union of Palestijnse Vrouwencomités en de Union of Agricultural Work Committees als terroristische organisaties worden aangemerkt. Het ministerie van Defensie beweert dat ze deel uitmaken van een financieringsnetwerk dat wordt beheerd door het grotendeels ter ziele gegane Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP), een aanklacht die alle zes groepen ontkennen.
In juli zeiden tien Europese staten die de organisaties financieren, rechtstreeks of via stichtingen, dat ze zullen blijven samenwerken met de NGO's , omdat Israël zijn bewering dat ze als terroristische organisaties moeten worden beschouwd, niet had bewezen.
Dat leden van deze zogenaamde humanitaire NGO's betrokken zijn bij terreuraanslagen schijnt voor de EU-landen niets uit te maken en blijven ze doorgaan met het financieren van hen. Want, zeggen ze, "een vrij en sterk maatschappelijk middenveld is onmisbaar voor het bevorderen van democratische waarden en voor een tweestaten-oplossing", aldus de Europese landen.
