Politie wil bezoekers aantal op Mount Meron beperken voor Lag B'Omer, treinen zullen niet rijden
- Joop Soesan
- 1 minuut geleden
- 2 minuten om te lezen

Aanbidders bij het traditionele Lag B'Omer-vreugdevuur op de berg Meron. Foto I24
De politie is van plan om het aantal bezoekers aan Mount Meron te beperken tot 63.000 personen op elk willekeurig moment tijdens de komende Lag B'Omer bezoek, aldus een woordvoerder van het evenement tegenover The Times of Israel.
Er worden meer dan 100.000 feestvierders, voornamelijk chassidische, verwacht die de bergtombe van rabbijn Shimon Bar Yochai, een mysticus en rabbijn uit de 2e eeuw, zullen beklimmen in een periode van 16 uur, van donderdag tot en met vrijdag.
Normaal gesproken duren de festiviteiten zo'n 30 uur aan één stuk, maar dit jaar wordt de viering ingekort. De deelnemers vertrekken vrijdagavond al vroeg naar huis ter voorbereiding op de sjabbat, aldus de woordvoerder.
Bezoekers zullen het terrein op specifieke tijdstippen betreden en verlaten en mogen niet met de auto komen. De bergtombe is alleen te bereiken met de bus, trein of shuttle vanaf een nabijgelegen parkeerplaats, mits vooraf geregistreerd.
Het ministerie van Transport kondigde tevens grote veranderingen aan in het openbaar vervoer, om de verwachte grote aantallen pelgrims naar het bedevaartsoord Galilea te kunnen huisvesten.
De Israëlische spoorwegen zijn van plan om van donderdag tot en met vrijdag treinen uit het centrum en het zuiden om te leiden ten behoeve van reizigers die van en naar het bedevaartsoord reizen. Deze speciale regeling kost het ministerie ongeveer 12,5 miljoen NIS, aldus Channel 12.
Dit betekent concreet dat een belangrijke treinroute tussen Tel Aviv en Beersheba van donderdag 09.00 tot 13.00 uur niet zal rijden en dat het noordelijke station Karmiel van donderdag tot en met vrijdag gesloten zal zijn voor alle passagiers, met uitzondering van passagiers die terugkeren van de berg Meron.
Belangenbehartigingsgroep Israel Hofsheet verzette zich fel tegen deze veranderingen en noemde ze ‘discriminatie van het algemene publiek’.
De groep merkt op dat donderdag geldt als een topdag voor spoorwegactiviteiten, aangezien veel soldaten dan voor het weekend naar huis terugkeren.
"Het recht van Meron-deelnemers op toegang tot het openbaar vervoer mag niet ten koste gaan van IDF-soldaten, inwoners van het noorden en zuiden, of welke andere burger dan ook. Gewone soldaten hebben het recht om voor het weekend naar huis terug te keren", aldus Uri Keidar, directeur van de organisatie, eerder deze week in een verklaring.