'Tel Aviv' - column van Rob Fransman
- Rob Fransman
- 15 okt
- 3 minuten om te lezen

Tel Aviv. Foto Robe Fransman
De gijzelaars zijn sinds gisteren vrij. Je zou verwachten dat iedereen blij is. De oorlog voorbij, er is hoop voor het Midden-Oosten, Hamas wordt eindelijk ontwapend. In Israël is de stemming nog euforisch. Bij ons, Joden in Nederland, ook.
Bij de meeste weldenkende mensen eigenlijk. Alle eer, kol ha-kawod voor De Telegraaf van vanmorgen, die de hele voorpagina reserveerde voor de bevrijde jongens. Het is een bewaar-exemplaar. Voor deugend Links is het niet genoeg. Ik had niet de kracht om de babbelrubrieken te zien maar ik vernam dat het chagrijn groot was.
Even geen Joden om te bashen, ‘t-is-me-wat. Wat ik wel meekreeg was dat éminance-grise van de talkshow Sonja Barend, aan tafel bij Pauw en de Wit vertelde dat de IDF de halve bevolking van Gaza vermoord had. Voor haar is éminance-miese een betere benaming. Ooit bewonderden ik Sonja. Maar ja, toen was ik zelf nog links.
Verstand komt met de jaren. Ik was jarenlang zeer bevriend met Sonja’s broer Leon. Tot hij me zo’n 5 jaar geleden officieel - in een echte brief nota bene - de vriendschap opzegde.
Volgens hem was ik niet woke genoeg. ’t Zal de gevorderde leeftijd wel zijn maar er spoort iets niet bij broer en zus. Voor de Gutmenschen is het nooit genoeg. Op X zag ik dat er alweer een demonstratie op het Museumplein is aangekondigd. Even later was die alweer verdwenen. Zelfs het rode volk vindt het te veel om 2 keer vanuit de diepe provincie naar Amsterdam te reizen. Bovendien zal Femke haar achterban wel hebben laten weten dat het zondag niet zo goed uitkomt, met die marathon en zo. In plaats daarvan zie ik tweets van dezelfde usual suspects.
Nu met de leus Not Done Yet. Gaat het nu werkelijk aan die mensen voorbij dat ze nietsontziende psychopaten ondersteunen? Zodra de IDF zich terugtrok executeerde Hamas mannen van een rivaliserende bende. Voorbijgangers moesten verplicht toekijken en de moordpartij werd – zoals gebruikelijk bij Hamas – op de sociale media gedeeld.
Hoe misdadig mesjogge kun je zijn? Ik herhaal hier woordelijk wat Daphna Kuhr (@Kuhr_BiaLic) op X schreef: “Nu Hamas Palestijnen aan het uitmoorden zijn, ze tegen muren aanzet en ze gewoon neerknalt, waar zijn nu die rode lijnen van jullie? Waarom is er geen demonstratie op de Dam? Nobody really cares, klaarblijkelijk.” Daar valt niets aan toe te voegen.
Nu ik het toch over Daphna Kuhr heb: even iets anders. Ik heb geen geduld om naar alle podcasts die ik leuk vind af te af te luisteren. Er zijn zoveel podcasts maar JoffieToffie, IJs met koffie sla ik nooit over. Dit wekelijkse onderonsje van Israël-liefhebbers Arthur van Amerongen en Ruben Gischler straalt plezier uit. Het is duidelijk niet gescript en het zal de heren een zorg zijn of allemaal perfect overkomt.
Meteen na het afgrijselijke muziekje van Goran Bregovic (dat ik na tig keer gehoord te hebben toch mooi begin te vinden) komt hun intro. ‘Shalom Ruben’ begint Arthur, gevolgd door: ‘Ma sjlom ga?’ Ruben antwoordt met een Arabisch Salaaam. Dat alleen al brengt een grijns op mijn gezicht. Allebei hebben rond 1980 in Tel Aviv gewoond. Dat bracht ze op het idee om weer eens terug te gaan en daar hun podcast op te nemen. Arthur was in die tijd bevriend met de Franse fotograaf Didier Ben Loulou. Die maakte sfeervolle zwart-wit foto’s van het toenmalige, ietwat armoedige, Tel Aviv.
Tegenwoordig is TA de hipste stad ter wereld en fotografeert de Amsterdamse fotograaf Thomas Schlijper de stad, net zoals hij een paar jaar geleden in Amsterdam deed. Een idee om een boek te maken met de foto’s van beide fotografen was geboren. Uitgever Ezo Wolf was enthousiast en het boek kwam er. Eigenlijk twee boeken in één kaft. De ene kant met de foto’s van Didier, de andere kant Thomas’ foto’s. Het voorwoord is van Leon de Winter. Behalve de teksten van Arthur en Ruben staan er mooie stukken in van andere schrijvers waaronder Daphna Kuhr. (dat was mijn bruggetje).
Afgelopen Zondag, op de boekpresentatie van uitgever Ezo Wolf, kocht ik het boek. Thuis verslond ik het. Ik moest denken aan twee briljante fotoboeken die al jaren in mijn boekenkast staan. In 1997 kocht ik van de fotografen M ונללה ךכ (zo waren we).

Milner en Yehuda Salomon met hun zwart-wit foto’s van de eerste jaren van het land. In hetzelfde jaar kocht ik ook םילארשיה (de Israëli’s) met toen recente foto’s van Micha Kirshner.
Beide boeken kwamen natuurlijk uit in het kader van het 50-jarig bestaan van Israël.
Nu, bijna 30 jaar later, leeft Israël en zal dat de komende 1000 jaar ook doen. Dus koop dat
mooie “Tel Aviv”. Leuk om te lezen, chic op de koffietafel en bovendien kun je er 30 jaar
later een nostalgisch stukje over schrijven.











Opmerkingen