Drukte op Ben Gurion Airport. Screenshot YouTube
Israël meldde woensdag dat 1.400 mensen een dag eerder positief testten op COVID-19 waarbij nu bekend is geworden dat 150 van hen, iets meer dan 10%, uit het buitenland terug kwamen.
Ongeveer 130 van de nieuw gediagnosticeerde personen kwamen uit landen die niet als een hoog risico worden beschouwd en reizigers uit die landen hoeven na aankomst (nog niet) in quarantaine.
Minstens 35 van de nieuw gediagnosticeerde patiënten kwamen terug uit Griekenland, 15 uit de Verenigde Staten, 15 uit Cyprus, 12 uit Turkije, 10 uit Georgië, vijf uit het Verenigd Koninkrijk, vier uit Italië, drie uit Duitsland, drie uit Bulgarije en twee uit Peru, Frankrijk, Hongarije, Nederland, Tanzania, Oekraïne en Egypte elk, meldt de Hebreeuwse krant Ynet.
Slechts 14 van de nieuw geïnfecteerden kwamen terug uit landen op de zwarte lijst met hoge virusinfectiepercentages. Zeven van hen kwamen uit Oezbekistan, vier uit Rusland en één uit Brazilië.
Van de landen met matige infectiepercentages werd bij acht nieuwkomers de diagnose COVID gesteld: zeven uit Spanje en één uit Kirgizië.
Ondanks oproepen van de regering om niet naar het buitenland te gaan indien niet strikt nodig, zag Ben Gurion Airport de laatste dagen gemiddeld 30.000 vertrekkende passagiers per dag.
